Genre: Classicisme
Componisten/uitvoerenden: Anoniem | Johann August Just | Wolfgang Amadeus Mozart
Opnametechniek: Wijnand de Groot
Wat voor muziek klonk er in ons eigen land?
Heel lang kon je in geschiedenisboekjes lezen dat er in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden geen muziek van enige betekenis was gemaakt. Akkoord, heel aan het begin had je Sweelinck, maar verder draaiden het calvinisme en de zuinigheid van de stadhouders de muziek vakkundig de nek om, zo luidde het oordeel.
Intussen weten we dat dat onzin is. Zowel in de zeventiende als in de achttiende eeuw draaide Nederland net zo goed als ieder land mee in de modes van de Europese muziek. Misschien dat er geen componist van internationale betekenis opstond, maar de stadhouders hadden gewoon net als andere vorsten hun hofmuziek.
Eén van de componisten die actief waren aan het hof van de achttiende-eeuwse stadhouders Willem IV en Willem V was Johann August Just. Zijn naam verraadt dat hij een Duitser was – de meerderheid van de componisten die in Nederland werkten kwam daar vandaan. Voor de rest weten we niets van hem: zijn doopceel is niet gelicht en we weten evenmin of hij hier te lande is overleden.
We moeten het daarom doen met de muziek. Just publiceerde onder meer een bundel met zes sonates opus 12. Opdrachtgever en ontvanger was Nicolaus Arnoldi Knock, grietman van Ooststellingwerf en verwoed amateurmusicus. De sonates zijn geschreven in de toen gebruikelijke vorm van begeleide klaviersonate: het klavierinstrument (een klavecimbel, een fortepiano of nog een ander instrument) speelt de eigenlijk melodie en de begeleiding, terwijl de viool de hoofdzaak van de melodie meespeelt. Het stuk kan desnoods met klavier solo worden gespeeld – dat is dan weer voordelig voor de uitgever die het moet verkopen – maar het samen spelen vergroot de vreugde natuurlijk wel.
Ook Wolfgang Amadeus Mozart begon met dit type sonate. Hij schreef er een paar in Parijs en later nog een zestal in Den Haag. Opvallend genoeg kiezen Alida Schat en Anneke Veenhoff hier niet voor een van deze sonates, maar voor de rijpe Sonate in e, KV 304. Het oude type waarin de piano de hoofdzaak dicteert is nog steeds herkenbaar, maar de viool is veel belangrijker geworden.
Tot slot horen we nog een anonieme Battaglia, eveneens voor viool en klavier. In dit genre wordt een veldslag in geuren en kleuren beschreven door één of meer instrumenten. Dit gebeurt vaak op een zeer plastische manier…